zondag 29 mei 2016

Hoe basisinkomen leidt naar volledige werkgelegenheid?



"Material rewards are a pretty bad reason for doing the things that we do", dat zegt Barry Schwartz in zijn TED talk in september 2015. En hij is daarin niet de enige. Marx en Engels waren waarschijnlijk de eerste liberalen die al in een vroeg stadium opmerkten dat industrialisatie mensen afstompt tot robotachtige wezens. Een inkomen is de enige reden geworden dat we werken: "Work that is monotomous, meaningless and souldeadly", aldus Barry Schwartz. Barry verwijst in zijn speech naar de Schotse moraalfilosoof Adam Smith (1723-1790), die wordt beschouwd als de vader van de moderne economie.

Adam Smith legde in zijn boek The Wealth of Nations (1776) het fundament voor het liberale kapitalisme als vervanger van het mercantilisme, omdat de rijkdom in een land eenvoudig groter is dan de hoeveelheid goud en zilver in dat land en omdat goud en zilver zelf normaal te gebruiken grondstoffen zijn met een variabele eigenwaarde die geen basis is voor economische stabiliteit. Dit had twee belangrijke gevolgen: 
  1. het ontstaan van papiergeld naast goud en zilver als wettig betaalmiddel en
  2. het stoppen van het protectionisme van beroepsgroepen en gilden in landen, waardoor arbeid kon verhuizen naar fabrieken en naar landen met lagere lonen en/of betere technologie/kennis voor de productie van diensten en goederen (industrialisatie en specialisatie).
Deze overgang verliep snel in de net onafhankelijk verklaarde Verenigde Staten en in het Verenigd Koninkrijk, vooral door de economische crisis die veroorzaakt werd door de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog. In Frankrijk bleef het mercantilisme bestaan tot de Franse revolutie en in Duitsland beheerste mercantilisme het denken nog tot in de twintigste eeuw. Uiteindelijk luidde WO II het einde in. Hoewel het in het rechts extremisme nog steeds bestaat en het denken en het verlangen naar vroeger beheerst.

Het is belangrijk om hier te constateren dat ons denken in de tijd der eeuwen meermalen is veranderd en dat ons huidige denken over economie en huishouden is gebaseerd op het werk van filosofen uit de 18e en 19e eeuw en nog maar 250 jaar oud is. De manier waarop wij denken over ons leven en de werkelijkheid (het universum om de mens heen en de aard van de mensen zelf) is aan voortdurende verandering onderhevig. Dat denken levert door de eeuwen heen strijd op tussen de volkeren, onder andere in de vorm van: oorlogen, verdedigingsmuren, ijzeren gordijn, genocide en holocaust.

Het streven naar één God/geloof of één ultieme Waarheid/wetenschap die voor alle mensen en voor het hele universum geldig is heeft veel bloed, zweet en tranen gekost. Evangelie, wereldrevolutie, Jihad, Verlichting, Verlossing zijn woorden die we zowel toekennen aan het redden van onze wereld als aan verschrikkingen die in ons recente verleden hebben plaatsgevonden en die we moeilijk kunnen vergeten en/of vergeven. 

Wat we feitelijk zoeken is denk ik niet zozeer de Waarheid, die voor alles en iedereen geldt, of die éne God, die de wereld en de mensen heeft gecreëerd. We worden vooral aangetrokken door een wereldorde die mensen een rechtvaardig, liefdevol en rustig bestaan geeft om in vrede met elkaar te kunnen leven. Een eerlijk en rechtvaardig gebruik van grond en hulpstoffen die de aarde en het universum de mensheid te bieden heeft. En we beginnen nu langzaam, meer dan ooit, te begrijpen dat wat wij beheren eindig is, ook al zullen huidige generaties het einde van deze zon en deze planeet niet meer meemaken. 

Gaan we terug in de tijd naar de zonaanbidders dan hadden zij al veel van diezelfde wetenschap en geloofden zij vooral dat de mens alleen afhankelijk is van de zon die de oorsprong was van alles. Nu weten we dat het universum onze wildste fantasieën van toen overstijgt. Dat we ontzettend nietig zijn vergeleken bij het heelal en dat we reusachtig zijn vergeleken met het kleinste deeltje dat we nu kennen. De vraag is wat we met deze kennis kunnen veranderen aan hoe we nu willen voortbestaan. 

De mogelijkheid dat de mensheid deze planeet op tijd kan verlaten, dringt maar langzaam tot ons door. Dat er zeer waarschijnlijk andere bewoonbare planeten zijn met eenzelfde zon als bron van alle energie. Dat mensen voor een reis door de ruimte intensief zullen moeten samenwerken. Om te overleven zullen we tot die reis moeten volstaan met de energie die de zon ons geeft. En we zullen moeten verreizen (verrijzen) voordat de zon is opgebrand. Dat duurt nog wel even. Zolang er zonlicht is kunnen we de zon gebruiken om iedereen van voedsel te voorzien tot de natuurlijke dood voor iedereen van ons daarop volgt. Het is tot die tijd één voor allen en allen voor één. 

Onze levensduur als mens is veel langer dan die van onze voorgangers en onze aantallen nemen daardoor nog steeds toe. Het aantal geboorten wereldwijd draagt niet meer bij aan de toename van de wereldbevolking. De één-kind-politiek in China en allerlei andere middelen voor geboortebeperking hebben  daar zeer belangrijk in bijgedragen. Dit is met name opvallend omdat veel bijbels en geloven nog steeds prediken: gaat heen en vermenigvuldigt u. Dat denken is gebaseerd op oude ideeën uit de tijd dat het aantal handen in de stam vooral licht werk maakte en bevolkingsomvang belangrijk was om oorlogen, voedselschaarste en epidemieën te overleven. 

Gelukkig hoeft de mens nu steeds minder arbeid te verrichten om in haar eigen behoeften te voorzien. Nieuwe wetenschap, technologie, robotisering en automatisering vergemakkelijken en verlengen ons leven. In een wereld waar arbeid steeds meer hoofdarbeid of hobby is, is nadenken over een vernieuwing van de economie en economische groei zinvol. Hoe bereikt de mens een goede balans tussen people (broederschap en gelijkheid), planet (lucht, water, flora, fauna, grondstoffen en hulpstoffen) en profit (vrijheid, vrije tijd, bad, bed en brood)?

Leven is door de eeuwen heen zowel een individuele opgave als een gezamenlijke opgave geweest. De wijze waarop mensen ruilen, jagen en verzamelen en hun huishouden in evenwicht houden neemt in iedere nieuwe tijd, nieuwe vormen aan. Vroeger renden we samen achter mammoets aan om te overleven, nu gaan we naar ons werk om daarna met de auto boodschappen te doen in de plaatselijke supermarkt. 

Als we doorgaan met economische groei en blijven werken en produceren zoals we dat nu doen verbruiken we veel te snel en ook teveel grondstoffen en hulpstoffen. De vervuiling van ons milieu is schadelijk voor de mens en planten en dieren. Bovendien profiteren door toenemende inkomensverschillen en machtsverschillen steeds minder mensen van de enorme welvaart die we samen opbouwen. Het is dus beter ons individuele leven en onze samenlevingen anders te gaan richten, inrichten en verrichten. 

Op onze aarde bezit 1% van de wereldbevolking inmiddels genoeg kapitaal om voldoende te produceren voor de overige 99%. We leven al in overvloed, ook al profiteert niet iedereen daarvan. Die 1% beheert al het kapitaal en huurt iedere dag de overige 99% in om waarde toe te voegen aan dat immense kapitaal. Dat kapitaal verplaatst zich dus iedere dag bij productie van kapitalist naar werknemer en bij consumptie weer van de werknemer naar de kapitalist. In de toekomst zal die wisselstroom van geld langzaam verdwijnen omdat er door technologie steeds minder werknemers in het productieproces nodig zijn. Het economisch systeem is dus geleidelijk aan het kantelen. We moeten ons huishoudelijk systeem op aarde herzien.

Ik stel voor dat we inkomen meer gaan zien als een mechanisme of stimulans om consumptie te stimuleren en mensen betrokken te houden in de samenleving. Zonder consumptie is productie immers overbodig en vervalt de werking van het economisch systeem. Mensen moeten altijd inkomen houden om in hun behoeften te kunnen voorzien. We kunnen naast ons huidige prestatieinkomen voor werk daarbij gebruik gaan maken van een basisinkomen. 

Basisinkomen neemt in het huishouden belangrijke zorgen weg en stimuleert mensen om te gaan doen wat ze altijd al hadden willen doen, hun creativiteit en talenten benutten. Hun dromen uit laten komen. Basisinkomen zorgt wereldwijd voor meer rechtvaardigheid, rust en orde die we zo hard nodig hebben. Basisinkomen is een vergoeding voor alles wat mensen vrijwillig doen. Het is daarnaast een eerlijke verdeling van alle arbeid die de zon iedere dag voor alle mensen verricht. Basisinkomen is voor iedereen gelijk, ongeacht wie je bent of wat je aan prestatieinkomen verdient.

In de Westerse samenleving is basisinkomen al decennialang een heel gewoon gegeven. Ons basisinkomen groeit ook ieder jaar. We krijgen basisinkomen in de vorm van basisonderwijs, basiszorg, welzijn, vrijwilligerswerk of filantropie, hypotheekrente-aftrek, allerlei gemeenschappelijke en maatschappelijke voorzieningen, bijstand, AOW, cultuur en wetenschap. Basisinkomen bestaat al en hoeft dus alleen maar eerlijker en eenvoudiger verdeeld te worden. Basisinkomen kan ook een armoedeval oplossen en meer vrijheid en rechten geven aan mensen die nu afhankelijk zijn van een uitkering met allerlei oneigenlijke plichten. 

Voor de invoering van een basisinkomen moet ons Westerse economische denken dat van Adam Smith en ons slavernijverleden, waarin mensen anderen discrimineren en onderdrukken, achter zich laten. De nadelen van dat denken merk je ook nu nog heel goed zodra je probeert over te stappen van basisinkomen naar prestatieinkomen of naast je uitkering wat wilt gaan werken. Als je aan het werk gaat val je maar al te vaak in een gat. Je inkomen gaat door het leveren van prestaties achteruit in plaats van vooruit. Dat kan niet.

Hoe kunnen we deze zwarte gaten in onze economie dichten? Dat kan door jezelf te bedenken dat iedereen altijd werkt. Volledige werkgelegenheid is allang een feit. Geen mens overleeft als hij geen arbeid verricht. Ook consumeren kost arbeid. We kunnen niet ademen, ons hart klopt niet, ons lichaam kan niet bewegen als er niet iedere dag brandstof in gaat. We voeden gratis onze kinderen op. 

De zon is een bijna eeuwige brandstof en hulpstof die het universum ons iedere dag gratis en voor niets geeft. Die zon is door de kapitalist onterecht tot eigendom gemaakt. Die zon heeft ooit onze fossiele brandstof gemaakt voor we geboren werden en die zon is aanwezig in iedere grondstof of hulpstof, iedere atoom, iedere molecuul en ieder deeltje op onze planeet tegenwoordig is. We hebben bij het gebruik van die welvaart allemaal gelijke rechten.

Basisinkomen is een verstandige en vanzelfsprekende oplossing en een logisch gevolg van mens zijn. Prestatieinkomen (waaronder bedrijfswinst) krijg je er dan bij als je iets doet dat in termen van het kapitalisme meerwaarde heeft. En laten we daarbij niet vergeten dat we ook zelf aan het einde van ons leven kapitalisten zijn. Want ieder mens renteniert of geniet van AOW voor hij dood gaat en laat zich verzorgen door zijn nazaten die voor hem of haar doorwerken, tot zijn of haar dood. En na je dood valt de rest van je kapitaal (je legacy) vanzelf toe aan je nazaten, want eigendom is net als het leven eindig.

Ieder mens is zowel een kapitalist als een werknemer/proletariër. Een basisinkomen zal in de economie leiden tot meer vrijheid, meer broederschap en meer gelijkheid voor de mensen. Het zal leiden tot meer rust, meer zekerheid en rechtvaardigheid. Het zal de mens maken tot wie hij/zij is. Een wezen dat leiding geeft en toekomst geeft aan alles wat onze planeet zal moeten verlaten voor zij sterft. 

De angst dat mensen niet meer zullen werken als zij basisinkomen hebben is eenvoudig een angst van moraalfilosofen, angsten uit de 18e en 19e eeuw die we nu samen moeten overwinnen. Basisinkomen geeft mensen de gelegenheid om te leren en te werken en om constructief vorm te geven aan hun eigen toekomst. Het enige dat we daarvoor moeten doen is anders gaan denken over economie, werk en inkomen dan we in het verleden hebben gedaan. 

Het hybride model waarin prestatieinkomen en basisinkomen samen gaan, houdt het midden tussen denken in mensen en denken in geld. Het is een best denkbare stap naar volledige werkgelegenheid en een betere benutting van ons gezamenlijk talent. Basisinkomen is eenvoudig te financieren met belasting, door van je prestatieinkomen (winst en loon uit arbeid) de helft in te houden en te delen met iedereen. Dit gebeurt al in de AOW. Het is een bestaand en beproefd systeem dat eenvoudig kan worden uitgebreid.

Wat denk jij?

dinsdag 3 mei 2016

Flessenpost

Enkele weken geleden kreeg ik een helaas ongedateerde tekst onder ogen die ik als tiener heb geschreven. Gezien de omvang van de wereldbevolking vermoed ik dat het ergens in 1985 is geschreven. Ik had hem destijds aan mijn tante gegeven en die heeft hem een jaar of dertig bewaard. Bij de verhuizing naar een kleiner appartement kwam hij boven water. Als puber en kind van twee gescheiden ouders, moeder een dolle mina en vader een oudere jongere, zat ik al jong vol met linkse ideeën en bijzondere ideeën over waar het met de wereld naartoe moest.


Het papier is vergeeld en mijn handschrift is wat slordig. Voor jullie heb ik er maar even een illustratie van gemaakt. Wat me opvalt is de eenvoud en tegelijk de verstrekkendheid. De woorden trillen nog na in de woorden People Planet Profit die John Elkington schreef in zijn boek Cannibals with Forks: The Triple Bottom Line of 21st Century Business. Woorden die Al Gore inspireerden tot het maken van de film An Inconvenient Truth (released 24 Januari 2006 op het Sundance Film Festival) een boodschap die hij vaak herhaalde onder andere op de GOP 21 op 3 December 2015, 18 jaar later.

In february van dit jaar gaf Al Gore zijn vierde Ted talk over Global Warming. En die Ted talk geeft antwoord op drie vragen over climate change met indrukwekkende beelden. Al Gore heeft naast slecht nieuws, vooral goed nieuws. Het antwoord op de eerste vraag geeft vooral het slechte nieuws. Gewoon verder kijken, want de antwoorden op de tweede en derde vraag zijn gelukkig heel optimistisch positief en echte eye openers. Bijvoorbeeld hoe de crisis in Syrië het gevolg was van voedselschaarste na een uitzonderlijke droogte.


En dit is nu, circa 30 jaar na mijn tekst. Wow, wat een impact;)